De Koufurd, 24-7-2010

Follegea
Een paar dagen geleden vonden we een ligplaats vanaf het Prinses Margrietkanaal in de ingang van de Follegeaster Sleat, tegen palen met een dwarsbalk. We kunnen niet op de kant komen en dus laten we de rubberboot zakken en maken een rondje in de omgeving. Bij toeval stuiten we vlak naast de boot, in het riet, op een nestje van de Kleine Karekiet, met erin nog één eitje en drie kale magere scharminkeltjes. Maar dat wilde ik nu niet vertellen.

Als we in de richting van de brug van Follegea varen en Cees omkijkt naar achterop komende schepen, roept hij: “Hé dy boat ken ik, dat is ús heit syn boat.” Ik twijfel nog, die boot lijkt wel erg klein en ook een beetje veel verwaarloosd. We laten ons inhalen en ja er is geen twijfel mogelijk, het is hem. We gooien een touwtje over en laten ons een stukje meeslepen voor een praatje.

De huidige eigenaar uit Gorredijk heeft haar nog maar kort geleden overgenomen van een vriend en die had haar voor het symbolische bedrag van één Euro gekocht van zijn baas. Ze waren het onderhoud zat. Dat is ook wel te zien, er is de laatste jaren niet veel verf aan besteed. De oude motor, een Mercedes, staat er nog steeds in. De grote pook, om in z’n voor- of achteruit te schakelen en de gashendel zijn nog dezelfde als die er bij de bouw zijn ingezet. Het loopt nog prima zegt de familie op de “Jeda”; ze schatten de boot op 35 jaar oud.

Volgens ons is ie ouder en terug op onze “Antje C” komen de plakboeken er bij. Cees en ik waren de eersten die met de “Frijheit” op vakantie gingen. We waren toen nog niet getrouwd, dus de boot is zeker ouder dan 37 jaar. En dat klopt, onze vakantiefoto’s uit 1972 laten zien hoe we vanuit Burgum vertrekken terwijl de dekverf nog nauwelijks droog is. Door Friesland naar de Weerribben en dan via Zwolle en Kampen terug door de Noord Oost Polder.

Daar krijgen we pech met de motor. Een olieslang is van het filter afgebroken. Omdat de gebruikte motor uit een sloopauto, een Mercedes 180D, komt, schakelen we de ANWB in. De wegenwacht rijdt voor en een uurtje later gooien we weer los, probleem opgelost. Meer herinneringen zal ik niet verklappen, het was een fijne vakantie. De oude “Frijheit” verdient het dat zij weer wordt opgeknapt.

De Ven, 17-7-2010

De Ven
De Ven is een werkhaven tussen de vuurtoren en het waterwingebied vlakbij Oosterdijk in Noord-Holland, aan de kant van het IJsselmeer. Hoe komen we daar verzeild? Na een ankernacht op de Gouwzee, zijn we het KNMI een beetje zat. De wind komt bijna nooit, vooral ’s nachts, uit de hoek die ze hebben voorspeld en dat maakt het beschut ankeren erg lastig. Tevens waait het overdag vooral uit het zuidwesten en is een koers richting Amsterdam niet bezeild. Dus wenden we de steven naar een noorden en laten met grootzeil en twee fokken, de boot naar Enkhuizen vliegen.

Onderweg komt de marifoon op 1 door met het weerbericht en de zoveelste waarschuwing voor extreem weer. Windstoten van meer dan 55 knopen. We slaan aan het omrekenen en komen tot de conclusie dat het inderdaad veel is. Dan gaan we in Enkhuizen maar in de haven liggen. Eigenlijk is dat niet de bedoeling, want nu we dit jaar maar zo’n beetje voor de lol heen en weer varen, hebben we ons als doel gesteld om eens een zomerseizoen te varen zonder havengeld te betalen.

Door de sluis van het Naviduct, merken we dat twee andere zeilboten direct links af slaan en in de richting van de oude Krabbersgatsluizen varen. Omdat het onwaarschijnlijk lijkt dat ze direct weer terug schutten naar het Markermeer, moeten ze daar ergens wel een ligplaatsje weten. Nieuwsgierig geworden gaan we die kant ook op. En ja hoor, aan een oude steiger zuid van de sluisingang liggen vier boten, mooi beschut tegen alle winden, gratis overnachten toegestaan en ook nog toegang tot de wal. Wij sluiten ons bij hun aan. Het extreme weer kon Enkhuizen niet vinden.

Vanmorgen met ruime wind, kracht 5, mooi onder de kust, koers noord, willen we naar Oude Zeug. De buien met kans op onweer komen pas later op de dag, is door de deskundigen voorspeld. Na een half uur komt er wel een erg donkere lucht opzetten. Misschien kunnen we hem net voorblijven, de snelheidsmeter geeft meer dan 10 mijl aan. De extra wind maakt dat er een reef gezet wordt. Ook de regen nemen we voor lief, het is een soort van zwemmen, maar dan anders. Als echter de hagelstenen ons om de oren vliegen, halen we bakzeil en zoeken de eerste de beste beschutting op. En dat is dus De Ven geworden.

Almere, 10-7-2010

Blocq van Kuffeler
De sluis bij de Blocq van Kuffeler heeft ons vijf meter laten zakken en nu liggen we dus in de Flevopolder. Almere blijft met de boot onbereikbaar, onze diepgang van 1,50 mtr is een kwart meter te veel van het goede. Ook een ligplaats is niet gemakkelijk te vinden, de aanlegsteigers zijn allemaal bezet. Vragen of er vandaag nog iemand weggaat, lijkt nutteloos als je bekijkt wat men allemaal op de wal heeft gesjouwd. De meesten hebben er zelfs de auto naast geparkeerd.

Gelukkig is de vissteiger vrij en die pikken we dan ook helemaal in. Het is zelfs een drijvende steiger, wel heel laag op het water, maar dat lost het trapje wel op. Vissers hebben geen aanlegkikkers nodig, en die zijn er dus ook niet. De twee eindpalen moeten ons dan maar vasthouden. Het is gewoon een privé aanlegplaats.

De fietsen kunnen gemakkelijk van boord. Dat wordt boodschappen doen in Almere, op ongeveer een kwartier fietsen. Vanavond hebben we de fiets weer gepakt en trokken we langs de vogelkijkhutten en de Lepelaarplassen. Het is een verrassend mooi natuurgebied. Als er wel erg donkere luchten op komen zetten, gaan we terug naar de boot. We komen droog thuis.

We willen het WK voetballen om de derde plaats zien, maar de televisie doet het slecht: atmosferische storingen. En wat voor storingen! Overal om ons heen donder en bliksem. Lampen hoeven we echt niet aan te doen, buiten is het licht genoeg, het weerlicht constant. Het waait meer dan pittig, boomtakken vallen op het dek. We weten niet of onze twee palen het houden, maar we horen ze ook niet kraken, er is veel te veel kabaal. Bliksemschichten komen op alle kanten van de boot naar beneden.

Het is één grote massale bui van drie uur. Nu lijkt het ergste voorbij. Cees doet een dekronde, gooit de grootste takken vast over boord. De aanlegtouwen zitten nog goed, ze zijn alleen ietsje gerekt. Alle apparatuur doet het nog, we zijn er weer schadevrij door gekomen! Morgen ruimen we de bladerentroep buiten wel op, als er geen nieuwe buien meer komen, dan gaan we eerst slapen.

IJsseloog, 3-7-2010

IJsseloog
Op de mooiste ankerplek van het Ketelmeer hebben we ons anker laten zakken in een geul van vier meter diep met aan beide zijden bomen. Je hoort er geen auto, alleen maar kikkers en heel veel vogels die daar weer bovenuit willen komen. Dit kunstmatige eiland met in het midden een baggerdepot en daaromheen kleinere eilandjes, is aan de oostkant bestemd voor recreatie. Samen met Oeverzwaluwen wordt het strand gedeeld en met de rubberboot verkennen we de nauwere geultjes. Het is meer dan 37 graden.

Natuurlijk kijken we voetbal, Nederland tegen Brazilië. De eerste helft is driemaal niks. Gelukkig hebben ze maar één doelpunt tegen gekregen. Onder de thee geven we, als twee van de zestien miljoen deskundigen, onze mening. Eerst maar een donderpreek er tegenaan en dan natuurlijk het wisselen van één spits of nog beter twee nieuwe goaltjesdieven er in. Van Marwijk trekt zich niets van ons aan.

De tweede helft is alweer bezig. We hebben er een hard hoofd in. Plotseling klinkt er een knal met daarna een sissend geluid. We schieten beiden naar buiten. Lekke band? Dat kan natuurlijk niet met een boot, maar we hebben wel twee fietsen aan dek staan. Rubberboot lek? Ook niet. Eén van de stootwillen is in de tropische hitte gebarsten. Dit is de ommekeer in de wedstrijd. De motorbootbuurman laat zijn hoorn loeien, die van ons hebben gescoord. Terug naar binnen en duimen. Oranje wint; had de coach toch gelijk.

Ook wij hebben het intussen warm gekregen. De zwemtrap komt uit en in water van 22 graden zwem ik rondjes om de boot en maakt Cees de waterlijn schoon. Op het achterdek staan nog een paar van die blauwe stootwillen, als we Oranje daarmee kunnen helpen, ze zijn beschikbaar!