Dokkumer Nije Silen, 31-8-2019

De Pomp

We zijn terug in de jachthaven. Op 29 mei vertrokken en op de laatste dag van augustus weer thuis. Het doel was deze zomer om naar het Zweedse eiland Gotland te varen en dat hebben we ook gehaald. We zijn er zelfs 12 nachten gebleven. Dat was niet helemaal vrijwillig, want toen, na een dag de stad Visby verkennen en twee dagen met een gehuurde auto het eiland rondtoeren, het weer omsloeg, moesten we lang wachten op gunstige windsterkte en richting.

Door het wisselvallige weer en voorspellingen van weerstations, de drie die we raadpleegden lieten heel vaak alle drie een ander weerbeeld zien, hebben we van de 94 vakantienachten er 78 in havens doorgebracht. Vaak was de wind te heftig om te ankeren of konden we geen mooie beschutte plek vinden. Dat brengt dit jaar het havengeld op een recordhoogte. In Nederland en Duitsland betaalden we 586,85 Euro's. In Denemarken 3.547 Deense Kronen en in Zweden 8.740 Zweedse Kronen. Totaal zijn er 1.453 zeemijlen afgelegd en telde de motor er 145,8 bedrijfsuren bij.

Het was een zomer met bijzondere ervaringen. Aan de Zweedse zuidkust maakten we, gelukkig in de haven, een heftige onweersbui mee die 4 uren duurde. Op de heenreis van het Zweedse eiland Öland naar Visby op Gotland zagen we de vlakste spiegelde zee die je maar kunt bedenken. Liep het zweet van onze voorhoofden bij 30 graden en geen zuchtje wind en moest de motor al het werk doen. Op de terugreis, op precies hetzelfde traject in tegengestelde richting, de hoogste golven die we deze zomer, trouwens ook de zomers hiervoor, hebben gezien. Grootzeil 2x en de fok 1x gereefd, wel een zonnetje, maar zoveel overkomend water dat we toen helemaal doorweekt waren.

Op de terugweg door Denemarken kregen we net zoals hier in Nederland nog een hittegolf te verwerken en stegen binnenin de boot de temperaturen naar recordhoogtes. Met zoveel warmte heb je zin om helemaal niets te doen en verlangden we terug naar een ankerplek op ús Lauwersmar.

Geen opmerkingen: