Eigenlijk vinden we de rivier maar saai, de plaatsnamen van de verschillende dorpjes zijn veel leuker. Zo komen we door Schellebelle, Heusden, Appels, Lauwershoek, Bazel en Zwijndrecht aan bij ons doel, het dorpje Doel. Aan de kerncentrale en de immer uitbreidende Antwerpse haven, wordt dit dorp opgeofferd. Nog een enkel huis is bewoond en daar wordt nog doorgeprotesteerd. Alleen de molen en de doden op het kerkhof mogen blijven. Via modderige binnenweggetjes komen we terug in Nederland in het volgende protestgebied, De Hedwigpolder. In totaal is er 650 ha grond aangewezen dat als overstromingsgebied moet functioneren. Een groot gedeelte daarvan ligt in België zelf, ten noorden van Bazel en dus ook een polder van ons. Ze protesteren allemaal, de ene voor droge voeten en de andere tegen natte voeten.
Het Verdronken Land van Saeftinge en de oude veerhaven van Perkpolder. Wie, tenminste die van onze leeftijd, kent die plaats niet van het nieuws: “Het veer Kruiningen-Perkpolder is uit de vaart genomen, wegens ...” Nou vul zelf maar in, mist, slecht weer of extra hoog water. De plaatsen Terneuzen en Breskens zijn bekender bij zeilers. De mast van Antje C komt uit Terneuzen, dat is dus even ouwe-jongens-krentenbrood. Bij Nieuwesluis kun je met de auto aan de zeezijde langs de dijk rijden. Hier zijn we weer terug bij de vijf kilometer brede monding van de Westerschelde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten