Helsingør, Denemarken, 14-6-2012
Van Køge gingen we naar Dragør. Met een ruime wind zeilden we de 25 mijl in drie uur. Er zijn twee havens en de noordelijke, waar de gasten liggen, is al bijna vol. Het is weekend, veel Zweedse boten zijn overgestoken naar het museumdorpje. Wij meren langszij een Nederlandse platbodem. Hij is langer dan ons, maar toch laten we onze boot naar achteren uitsteken, om niet met de mast zijn schotelontvangst te verstoren. In zijn want prijkt een grote oranje vlag met Hup Holland Hup, vanavond spelen wij op het EK-voetbal tegen de Denen.
De volgende morgen is de oranje vlag verdwenen. Het waait en regent, maar de Denen blijven vrolijk. Als tegen tweeën het weer lijkt te verbeteren, vertrekken we alleen op de fok richting København, dat 10 mijl verder ligt. Met de laatste regendruppels en een wind die het nog niet opgeeft, zijn we een dik uur later voor de stad. In de haven mag niet gezeild worden en op de motor gaat het tot in het centrum waar we aan de kade van Nyhavn een mooi plekje vinden. De rondvaartboten varen vlak langs ons, er wordt gewuifd, op het grote voetbalplein wordt gefeest, het blijft nog lang gezellig.
Op de fiets verkennen we København. De vaste items: koninklijk paleis met de wacht en de kleine zeemeermin. Langs de kade met z'n cruiseschepen, charterboten en bijzondere zeilboten. Over wandelpaden in de parken en door de winkelstraten waar je niet mag fietsen. 's Avonds trappen we naar Tivoli. Er wordt hard gewerkt in de stad; veel oude gebouwen staan in de steigers en vlakbij waar wij liggen, bouwt men tussen Nyhavn en Christianshavn een nieuwe loopbrug. Grote kranen rijken over de haven en palen worden in de grond geheid. Maar 's nachts is het stil, we slapen voortreffelijk.
Er volgt een warme, broeierige dag. Tijd om het stadsgebeuren te verlaten. Geen wind. Op de motor naar Flakfortet, een fort halverwege Denemarken en Zweden, 8 mijl varen. Met de verrekijker zien we al dat er niet veel boten liggen. Dat wordt een rustig dagje! Helaas, de firma Bosch houdt er zijn jaarlijkse verkoop-oppep-dagen. Er moet geoefend worden met allerlei soorten machines, er wordt gezaagd, geschuurd en geboord, gegeten en gedronken en spelletjes gedaan. Aan de kade trekt m.s. Anton met zijn beelden, die bootvluchtelingen voorstellen, de aandacht van dagjesmensen die met twee veerboten worden aangevoerd.
De wedstrijd van oranje tegen de Duitsers zien we in de jachthaven van Vedbæk. 's Middags maken we een fietsrondje bos-stad. Langs de hoofdweg gaat het omhoog, zo steil dat we een stukje moeten lopen. Ook de fietspaden in het bos laten ons heuvels opklimmen en weer naar beneden free-weelen. Als de klimweg steeds langer lijkt te worden en het naar beneden rollen steeds korter, wordt het tijd om de vlakte van de stad op te zoeken. Met in de boodschappentas chips, pinda's, toastjes en een drankje, moet het wel een fijne voetbalavond worden. Vergeet het maar, Duitsland is veel te sterk, uit meelij gunnen ze ons op 't eind nog een doelpuntje.
Tegen Van Marwijk en z'n jongens zou ik willen zeggen: “Ga naar huis en bespaar je een verdere afgang! Neem vakantie!” Ik zou ze echter niet aan willen raden om zo als ons vakantie te vieren in Denemarken en Duitsland.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten