Dieppe, Frankrijk, 23-7-2009

Dieppe, Frankrijk
Onze hulpjes zijn weer naar huis. Van varen is na Fécamp niets meer gekomen. Hun vakantieweek was om voor het weer opknapte. Pas maandag waren de wind en golfhoogte weer wat tot rust gekomen. Toen op dinsdag ook nog de zon volop door kwam, werd het voor ons tijd om een haven op te schuiven.

Zodra het dok om twee en een half uur voor hoogwater open gaat, willen we vertrekken. De stroom is dan dik drie uur mee en dat is fijn, want het is bijna springtij en de moeite waard. Een Franse Nederlander, of is het een Nederlandse Fransman, houdt ons echter aan de praat. Hij woont tegenover de haven en heeft ons al een paar dagen in de kijker. Nu hij een krantje haalt, wil hij wel eens weten wat voor boot dat precies is. De eerste loopbrugopening gaat zo aan onze neus voorbij, maar met de tweede willen we absoluut mee. Motor starten, bonjour, leuk babbeltje.

Het waait buiten zo’n 6 Bft. en de teller geeft al gauw een snelheid van 11,5 mijl aan. De wind komt uit de kust en waar de krijtrotsen wat lager zijn, onstaat een windversnelling. We gaan knap scheef op die stukken. Als dan intussen verschillende boeken, pennen en wat verder toch los ligt, over de vloer heen en weer schuift, wordt het tijd om te reven. Hadden we nooit moeten doen. Het is net als bij mooi weer, je lange broek wisselen voor een korte; dan gaat de zon weg. Onze wind ging ook langzaam pleite. We hadden er al 15 mijl opzitten, maar ook nog zo’n stuk te gaan. Zo krijgen we binnenkort stroom tegen. Moet de motor er bij?

Voor de kerncentrale van Paluel moeten we een ton ophalen, het stuk ervoor is verboden gebied. Met een gangetje van vier mijl, drijven we voorbij. Zou dat koelwater nog effect hebben op de plantengroei? En dan in ons geval op de aangroei van het onderwaterschip? We worden toch wel een beetje groenig van onderen; we zijn nu twee jaar niet uit het water geweest. Maar nee, dat koelwater zal vast niet het door ons gewenste effect geven. Er zijn in Frankrijk bijna 60 kerncentrales, dan hadden we helemaal geen aangroei gehad.

Na het ronden van de gevarenton, wordt de koers oost over en komt de wind weer dwars in. Dat geeft direct meer snelheid. Als de windsnelheidsmeter ongemerkt klimt naar 8/10 mtr. per seconde, zijn we voor Dieppe voordat we het door hebben. In de haven pakt Cees gewoon weer zijn zware en stevige bezem en maakt het onderwaterschip zo goed mogelijk schoon.

Fécamp, Frankrijk, 16-7-2009

Fécamp, Frankrijk
Cees en Luitzen liggen al, als Popke en ik de boulevard van Fécamp oprijden. Er zijn parkeerplaatsen genoeg, maar ze zijn allemaal bezet en er staat ook geen parkeerhavenmeester klaar om ons een plekje te wijzen. "Die was trouwens vandaag ook voor ons niet aanwezig, en daarom ben ik maar op dezelfde plek als op de heenreis gaan liggen" zegt Cees. Nou dat hebben we gemerkt. Eerst wil er iemand langszij komen, terwijl voor zijn bootafmeting nog genoeg plaats is aan de drijvende steigers en wij aan lange touwen aan de kade liggen. Dan komt er een warm aangelopen schipper die zijn, volgens hem, vaste ligplaats komt opeisen. We schuiven naar voren op en nu staat de auto toch niet meer zo dichtbij als gedacht.

Die auto is echter wel een uitkomst. Elke toeristische bezienswaardigheid uit De Groene Gids van Michelin, is gemakkelijk te bereiken, mits natuurlijk binnen redelijke reisafstand. We volgen de kust en doen de overbekende vakantietrekpleisterplaatsen aan. Het is bijna nergens hinderlijk druk. Maar op Mont St. Michel staat in het winkelstraatje een voetgangersfile van heb ik jou daar. We geloven het verder wel en blijven zoveel mogelijk langs de zee rijden. Je moet de "Antje C" toch in de gaten houden nietwaar?

Het bootteam doet deze uithoek bij Saint Malo echter niet aan en heeft koers gezet naar Guernsey. Terwijl zij daar met moeite een plekje krijgen in de buitenhaven, er komt ook een regatta binnen met veel deelnemers, probeert het autoteam een hotel te vinden. Na twee uren zoeken en vier deuren met daarop een bordje "complet", zijn we bereid elk bed te nemen wat nog beschikbaar is. En dat lukt, er is zelfs een douche met bad bij.

Verder hebben we een fijne week. De auto brengt ons langs de invasiestranden en krijtrotsen van Normandië. Het is meestal droog en zonnig weer, alleen de wind heeft zo nu en dan kuren. Daar hebben ze op de boot dan weer meer last van, maar tot nu toe hebben ze elke dag kunnen varen. Ze wisselen een mooie zeildag af met één op de motor en ook de golfhoogte varieert van 2 mtr. tot vlak water. Het tij is redelijk gunstig, wat aanvaardbare vertrek- en aankomsttijden op levert. Alleen in Ouistreham wordt het een latertje. Pas rond tien uur 's avonds kunnen we met z'n vieren aanschuiven voor het dagmenu van onze kok.

Nu is het avond en hebben we regen, hagel en onweer. We lopen even naar de havenmond voor een kijkje en een kiekje en zoeken de warmte van een restaurant op. Het is hondenweer. Dit belooft niet veel goeds voor de komende dagen.

Koersbericht

Datum Vertrekhaven Vertrektijd Aankomsthaven Aankomsttijd Dagafstand
12-7 Lézardrieux 07:15 St. Peter Port 16:45 56 nm (101 km)
13-7 St. Peter Port 09:20 Cherbourg Octeville 15:40 52 nm (94 km)
14-7 Cherbourg Octeville 09:30 St. Vaast la Hougue 14:00 33 nm (59 km)
15-7 St. Vaast la Hougue 13:15 Ouistreham 22:00 55 nm (99 km)
16-7 Ouistreham 09:30 Fécamp 15:50 47 nm (85 km)

Paimpol, Frankrijk, 9-7-2009

Paimpol, Frankrijk
De dag van vandaag is bijna om, als we terug komen op de boot. Met de “Druppel”-buren zijn we naar de feestelijkheden rond de Classic Regatta geweest: schepen besproken, doedelzakken bekritiseerd, mensen bekeken en vanaf het verwarmde terras, op afstand, naar de band geluisterd. Toen de muziek echt niet meer te overstemmen was, werd het tijd voor ons “jongeren”, om hun bedje op te zoeken.

Een week liggen we hier nu. Dat moet ook wel, want de aanbieding is, betalen voor vier nachten en dan zeven blijven. Als echte Nederlanders, gericht op zegeltjes en koopjes, kun je dat niet aan je voorbij laten gaan. De tweede reden, om wat langer te blijven liggen, is het bezoek, volgende week, van onze beide jongens. Zij komen met de auto en hier zijn we gemakkelijker te bereiken dan op de Kanaaleilanden. Guernsey is de volgende haven op onze koers. Als we daar door slecht weer vast zouden blijven zitten, wordt het op visite komen wel heel erg omslachtig.

Dus ruimen we de logeerkooien op, maken schoon en slaan tassen vol boodschappen in. Kijken ’s middags naar de Tour de France op televisie en lopen of fietsen een stukje. Luieren wat, lezen een boek of maken een puzzeltje. In de avond klessebessen we met de buren, onder het genot van een hapje en een drankje. Halen pizza’s en gaan een avond buiten de deur eten. Kortom, alles doen en laten wat varen zo fijn maakt.

Volgende week gaan Cees en ik scheiden; wel van tafel, maar niet helemaal van bed. De opzet is, dat de ene zoon stuurman wordt bij Cees aan boord en de andere mijn privé chauffeur. De bootbemanning zal het waterige deel van de kust verkennen, het autoteam neemt de kustwegen voor hun rekening. In de havens komen ze dan weer bij elkaar, mits de varende ploeg natuurlijk niet op een eiland blijft liggen. Ook als ze ’s morgens heel vroeg willen vertrekken, zoekt het walteam een hotelletje op. Ik ben wel solidair met Cees, maar uitslapen en daarna een warm bad, is erg verleidelijk.

Tréguier, Frankrijk, 2-7-2009

Tréguier, Frankrijk
Regen. Het is wel even weer wennen, we hebben tenslotte drie weken geen één spatje water gehad. De laatste week was de temperatuur zelfs bijzonder hoog met daarbij nauwelijks wind. Het was zo warm, dat we ons in het zeewater hebben gewaagd. Maar brr, zo’n oceaan is nog niet zo snel opgewarmd, ondanks hittegolf en klimaatverandering.

De havens die we hier aan de west- en noordkant van Bretagne aanlopen, hebben we ook allemaal vorig jaar gedaan. De meest voor de hand liggende bezienswaardigheden hebben we dan ook wel gehad. Er is niet echt veel veranderd. Alleen de Urkers zijn naar huis. Zij baggerden hier op de rivier de jachthaven, twee weken werken en één week naar huis.

Echt druk is het nog niet in de havens, tot nu toe was het vinden van een plekje geen probleem. We liggen nooit in een box, maar pakken de kopsteiger. Het vakantieseizoen zal met een week wel aanbreken. We hebben tenminste in een paar havens een briefje gekregen, met daarop de vermelding dat de bakker vanaf 8 juli, ’s morgens op de kade met stokbrood klaar staat.

Maar wij moeten nu nog gewoon naar winkel of markt. En dat treft, in onze Pilot staat dat er elke woensdag markt in het centrum van Tréguier is. Dus met de fiets vroeg op pad. In de praktijk is dat lopen geworden, de weg naar de stad loopt voor ons te stijl omhoog. (Je had ons op de terugweg eens moeten zien!) Geen markt te vinden en het begint ook weer te regenen. Schuilend onder een winkel-zonnescherm overzien we het lege plein. Drijfnat terug op de boot krijgen we door dat het vandaag al weer donderdag is.