Voor volgende week moeten er feestelijke boodschappen worden gedaan. Aan de oostkant van het IJsselmeer is Lemmer de plek met de meeste winkels en daarom zijn we nu hier. Wel heeft het gisteren ons de hele dag gekost om er te komen.
In Makkum staan we op onze vaste tijd op, drinken op ons gemak koffie, ruimen binnen alles een beetje op en doen de afwas. Dan wordt de boot zeilklaar gemaakt en luisteren we nog even naar weerman Piet. Wind zuid 5 tot 6. Dat is snel zeilweer, maar over de richting zijn we niet tevreden. Heeft Piet gelijk of is ie vanmorgen wat narrig uit bed gestapt met een pestbui.
Om elf uur zijn we startklaar en met een koers van 180 graden wordt het laveren. Grootzeil met twee fokken er op en met een flinke groep zeilers beginnen we te zigzaggen. Twee en een half uur later zien we de grote bouwloods van Makkum nog duidelijk staan, is er al gereefd en hebben verscheidene zeilers al afgehaakt en zijn motorboot geworden.
De deining is niet erg prettig en daarom proberen we een gunstige slag, een beetje in de luwte van Molkwar, te maken zo dicht mogelijk naar de wal bij Hylpen. Uit die haven komen nieuwe enthousiastelingen. Eentje heeft de schoten strak aangetrokken, maar zeilt een bijna voor de windse koers. Wij hebben de zeilen over bakboord en hij over stuurboord en dus hebben wij voorrang maar we houden hem in de gaten.
We komen natuurlijk precies op ramkoers en op het laatste moment wijken wij dan maar uit, je had het kunnen verwachten, gezien de zeilvoering. Gelukkig is de andere boot standvastig in zijn koers, dus worden we geen botsbootjes. Nu we zo close langs hem gaan is er alle gelegenheid om hen uit te leggen hoe de regels zijn. Omdat het Duitsers zijn, herhalen we het ook nog een keer in die taal.
Hé, lekker dat foeteren lucht op. We kijken die kant van Starum nog eens op. Het is niet eens zo ver meer. Misschien nog vier keer door de wind en dan moeten we de hoek van het Vrouwenzand wel kunnen ronden. Dan krijgen we daar ruime wind, trekken de reef er uit en zijn we in een mum van tijd in Lemmer.
Dat had gekund, als Piet het weer zo gelaten had. Maar op de middag wordt de wind steeds minder. Het laatste stuk moeten we weer laveren. Soms met de fok uitgeboomd pal voor de wind en dan weer zo dat de fok net langs het grootzeil de wind pakt. We houden vol en na zevenen komen we in windstil weer aan. Het ideale weer om tegenover Friese Hoek voor anker te gaan.
In Makkum staan we op onze vaste tijd op, drinken op ons gemak koffie, ruimen binnen alles een beetje op en doen de afwas. Dan wordt de boot zeilklaar gemaakt en luisteren we nog even naar weerman Piet. Wind zuid 5 tot 6. Dat is snel zeilweer, maar over de richting zijn we niet tevreden. Heeft Piet gelijk of is ie vanmorgen wat narrig uit bed gestapt met een pestbui.
Om elf uur zijn we startklaar en met een koers van 180 graden wordt het laveren. Grootzeil met twee fokken er op en met een flinke groep zeilers beginnen we te zigzaggen. Twee en een half uur later zien we de grote bouwloods van Makkum nog duidelijk staan, is er al gereefd en hebben verscheidene zeilers al afgehaakt en zijn motorboot geworden.
De deining is niet erg prettig en daarom proberen we een gunstige slag, een beetje in de luwte van Molkwar, te maken zo dicht mogelijk naar de wal bij Hylpen. Uit die haven komen nieuwe enthousiastelingen. Eentje heeft de schoten strak aangetrokken, maar zeilt een bijna voor de windse koers. Wij hebben de zeilen over bakboord en hij over stuurboord en dus hebben wij voorrang maar we houden hem in de gaten.
We komen natuurlijk precies op ramkoers en op het laatste moment wijken wij dan maar uit, je had het kunnen verwachten, gezien de zeilvoering. Gelukkig is de andere boot standvastig in zijn koers, dus worden we geen botsbootjes. Nu we zo close langs hem gaan is er alle gelegenheid om hen uit te leggen hoe de regels zijn. Omdat het Duitsers zijn, herhalen we het ook nog een keer in die taal.
Hé, lekker dat foeteren lucht op. We kijken die kant van Starum nog eens op. Het is niet eens zo ver meer. Misschien nog vier keer door de wind en dan moeten we de hoek van het Vrouwenzand wel kunnen ronden. Dan krijgen we daar ruime wind, trekken de reef er uit en zijn we in een mum van tijd in Lemmer.
Dat had gekund, als Piet het weer zo gelaten had. Maar op de middag wordt de wind steeds minder. Het laatste stuk moeten we weer laveren. Soms met de fok uitgeboomd pal voor de wind en dan weer zo dat de fok net langs het grootzeil de wind pakt. We houden vol en na zevenen komen we in windstil weer aan. Het ideale weer om tegenover Friese Hoek voor anker te gaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten